Nog wat ijle wolken
flarden uitgesponnen boven
een rimpelend watervlak
als de lantaarns van de straat
zich laten gelden en kop
lampen banen trekken door het donker
Zo stil buiten
het geluid
van de radio
om
hierbinnen.
Foto's en andere waar
En, wat mag het zijn?
Deze keer wat appels en peren?
Of toch maar druiven?
Het is het seizoen wel niet
maar we hebben de beste bewaard
voor ’t laatst
Gisteren nog kwam er een mevrouw
speciaal voor, helemaal uit
Noordwolde
– en dat met al die omleidingen,
kan je nagaan –
Ja de appels zijn wel klein dit jaar
Het klimaat hè, het klimaat
Oh, is de kleine mee vandaag?
Ja, vrede zou wel een mooi goed zijn.
Nog eentje dan? Nog een woord?
Iets van zin? Betekenis?
Of toch maar nóg een hapje van de mousse?
Of liever een hand, een arm
om je schouders?
Woorden bij de vleet
juist als er geen woorden zijn
die recht doen
Soms zijn die woorden niet meer
dan een vorm van zwijgen
van ons mensen
die nu eenmaal hoofden hebben en tongen.
In het bos van de sprookjes
kan het ook spoken
naast al ’t liefelijke leven
van dag in dag uit
Op kousenvoeten betreed ik het mos
langs de beek en waar de stenen
liggen in een hart, en myriaden
herinneringen opgewekt zingen
desgevraagd, verstil ik in een oogwenk
Nergens was ik eerder thuis
O madelief, jij weet te bloeien
in weerwil van de koude
weet je je te onttrekken aan de grond
O madelief, aan wie, wanneer
geef ik een krans.