Belasting gaat er in de eerste plaats om dat de overheid geld binnen haalt. Dat belastingplichtigen – burgers, bedrijven, ondernemers – kortingen en/of teruggaves kunnen krijgen, dat is vers twee. De hoofdsom van het geld bij belasting is richting de overheid (die het natuurlijk wel weer moet inzetten voor ons aller belang, maar dat tussen haakjes).
Toeslagen – huurtoeslag, zorgtoeslag, kindertoeslag en kinderopvangtoeslag – zijn er in de eerste plaats om geld vanuit de overheid aan burgers te verstrekken – onder voorwaarden weliswaar, maar toch. De hoofdzaak van toeslagen is een gelstroom vanuit de overheid naar de burger, zodat die burger (goed of beter) rond kan komen.
Daarmee verbonden is het van oudsher, denk ik, zo dat bij belastingen het de eerste verantwoordelijkheid van de overheid is, om die belasting binnen te halen en dat het aan de burger zelf is om kortingen en/of teruggaves aan te vragen en daadwerkelijk te ontvangen.
Maar bij toeslagen gaat het er in de eerste plaats om – zoals het ooit is bedacht – dat (grote) groepen van burgers recht hebben op extra geld (om zaken als huur, kinderopvang, de basisverzekering ziektekosten en zelfs het hebben van kinderen) (goed) te kunnen betalen. Zonder toeslagen zouden heel veel mensen gigantisch in de problemen komen financieel, tenzij er andere oplossingen zouden komen om dat dus te voorkomen. Dat betekent dus, lijkt me logisch, dat de overheid bij die toeslagen een echt andere, grotere, verantwoordelijkheid heeft, om te zorgen dat, zo goed als maar kan, de mensen de toeslagen kunnen krijgen waar ze recht op hebben. Toeslagen zijn in de eerste plaats bedoeld om de mensen te helpen. Terwijl belastingen er in de eerste plaats zijn om de overheid te “helpen” (zodat de overheid vervolgens, met dat belastinggeld, het algemeen belang en de burgers weer kan dienen).
Maar door toeslagen onder te brengen bij de aloude belastingdienst is het denk ik daarom – mede – dat ook bij toeslagen toch heel veel nadruk nog steeds wordt gelegd op de eigen verantwoordelijkheid van de burger: dat de burger maar moet zorgen dat die z’n recht op toeslagen verwezenlijkt, dat die op basis van de informatie die de overheid in algemene zin geeft, maar zelf moet bedenken wat die algemene informatie voor zijn/haar situatie concreet betekent; de belastingdienst zou geen advies mogen geven, al mag de belastingdienst toeslagen bij uitstek als deskundige worden geacht op dit vlak. De burger is en blijft, vanuit dat idee, dan zelf verantwoordelijk voor de keuzes die die maakt, op basis van alle informatie die die kan krijgen van de overheid…..
En tuurlijk, daar zit zeker iets in, in die eigen verantwoordelijkheid van de burger, maar de overheid cq de belastingdienst (toeslagen) zou denk ik wel degelijk meer recht doen aan het hele idee van toeslagen door méér echt mee te denken met de burger die moet bedenken of die bijvoorbeeld wel of niet een bepaalde huurwoning moet accepteren, of die wel of niet bij iemand anders (tijdelijk) intrekt met kind(eren), om maar wat te noemen. En wellicht zou dat meedenken dus ook bij de belastingtelefoon, als je belt voor iets over toeslagen, voorop moeten staan.
Doordat toeslagen zijn ondergebracht bij de belastingdienst (in 2006) is het wellicht zo, dat dat meedenken niet de insteek is, maar, net zoals bij belastingen vanzelfsprekender is, om de verantwoordelijkheid vooral bij de burger zelf te leggen om het geld te krijgen waar men recht op heeft. Teruggaves en kortingen bij belasting, dat is bij belasting niét de eerst taak van de overheid. Terwijl bij toeslagen het verstrekken van geld aan de burger – natuurlijk onder voorwaarden – wel het uitgangspunt is. Met daarbij dus – logischerwijs – een stuk grotere verantwoordelijkheid voor de overheid om dat zo goed mogelijk voor de mensen mogelijk te maken (te faciliteren)…..