Egotrip / hofnar

De hofnar is niet meer
althans niet meer in dienst van de keizer
Zijn stem vind je als het nog meezit
hier en daar waar ze de keizers tonen
van hun valse kleren ontdaan
in hun blootje

maar zij aan ’t stuur kunnen niet meer
tegen een stootje
en willen niet meer dan ruim baan
om zichzelf des te meer te belonen
en maken ’t almaar grijzer
al doet ’t nog zo zeer.

sH([9+3V6SU{P”HjP_t2!OpF+wX}[p69V

Tegen welke kosten
kraak je mijn wachtwoord
mijn alles en mijzelf bovendien?

Hoe lang nog
voordat in een oogwenk kan
wat eertijds – toen men nog sprak
van ‘eertijds’ – godsonmogelijk was
binnen de tijdspanne van de aarde
of van zelfs het heelal
om van energie en geld of bitcoin niet te spreken?

Zou het opwegen, de moeite
of de geringe inspanning straks
tegen het gegeven
dat ik ook zo bemiddeld niet ben
noch interessant
door de bank genomen.

Om de as

Ook de aarde gaat wel langs
de rand van een afgrond
maar met een beetje mazzel
blijft het een aarde met lucht
met water en met vuur
en met leven ook
in vele gedaanten
méér dan groene soep
zolang die maar niet uit bocht vliegt

Gaat het echter
om onze soort, de mens, dat zoogdier
is het maar de vraag
of ze met alle kunst en vliegwerk
als enige tot dusver hier
kan ontsnappen aan de onvermijdelijke zon
of een zo korte tijd is beschoren
dat even later geen verhaal zelfs meer resteert.

Allengs

Het is nog maar kort geleden
dat de telefoon rinkelde in ons oor
Week in, week uit ging zomaar door
Dat brengt ons bij het heden:

Rinkelen is er niet meer bij
bij de smartphone is het deuntje zus
of zoemertje zo. En de vraag is dus:
wat betekent dat al dies meer zij?

Deze tijd brengt keuzes bij de vleet
Ga je dan rijk of in stoplappen gekleed?

Heil onheil !

Jij bent zeker zo’n woke-woke
Jij bent zeker zo’n conservatief, een fascist
Jij bent zeker zo’n vuile kapitalist
Jij gelooft in sprookjes

En jij. En jij. Jullie geloven ook zomaar alles
Wat recht is is krom. En krom recht.
Wat overblijft:
mensen over één kam scheren
en haat
dat laat zich kennen.

Ouderdom voorbij

Over zo’n 22 jaar ben ik zo oud
als mijn ouders nu
zo’n 79 dus en naar
het zich laat aanzien nu
een twaalf jaar A(a) O(o) W(ee) gerechtigd
en ik heb geen flauw idee
wat mij dan begeestert

Misschien hoef ik dan nog niet
weer in luiers; dan nog niet
Maar als ik niet meer weet
wat een warm woord mij doet
of een warm gebaar
laat mij dan maar
gaan.

Bar en lief

Het hoeft ook niet te verbazen
als je zo middernacht
je in ’t nachtleven hebt gestort
met wat dan ook maar achter de kiezen
in gezelschap dat je na staat daar en dan
dat je alleen bent met elkaar
en wat er uit voorvloeit
is een vraag die er het zwijgen toe doet
zolang de zon nog niet weerom komt
en de nacht en ’t vertier, ’t genoegen
wel eindeloos zich doet voorkomen
een kus of zo zich soms doet gelden
een einde breidt aan god mag weten wat.

Hoe hard de realiteit

De aarde is rond
Het leven plat
Al is dat maar hoe je ’t ziet
Dat neemt niet weg:
wat gij niet wilt dat u geschiedt
doe dat ook een ander niet

Hoe het allemaal ook lijkt
als je je neus stoot
dan is dat niet aan een spiegeling
maar aan de werkelijkheid
die even met je kijk kloot

hoewel: eindeloos kun je daarentegen dwalen
zonder dat de realiteit ‘r gram komt halen.

Westen – zoals de wind waait [het kan verkeren]

Op aarde kwam ik hier
in het Westen, het rijke

De oorlogen hier te lande
waren voorbij, alleen ver weg
rommelde het in de marge

En ik mocht achtereenvolgens
baby zijn, peuter, kleuter
jongen, meisje
een puber
en al die jaren,
mijn jaren van onvolwassenheid
hoefde ik me echt niet het schompes
te werken, niet in een fabriek
en ook niet op het land
nee, ik kreeg zelfs speelgoed
zo uit een winkel
en ik hoefde me het niet te verbeelden
dat goed
– al stak juist daardoor elke strafheid nog meer af –

Vanzelfsprekend komt mij alles toe
Geef me! Geef mij! Het is mijn recht!
Het leven: een geschenk, een vloek?
Ouwerwets geleuter, aldus de peuter.

Ellende

Best wel een mooi woord
‘Jammer’ eveneens
Enzovoort
En dat je niet meer niet méér
kan voelen dan jezelf
en óp bent
en bij gebrek aan wereld
kun je niet eens meer zeggen
dat die je koud laat
waar warm en koud je niets meer zeggen
buiten een lotgenoot of wat
maar misschien zijn ook daar teveel van.