De mist zo laag bij de grond
de koeien zweven in mijn blikveld
bewaar ik afstand en houd mijn mond
voordat zo’n kop me de huid vol scheldt
wellicht dat ik zelf ook wel in hun ogen vlieg
als ik op wielen voorbij kom sjezen
maar bij hen valt altijd al wel te lezen
die blik van verwondering, alsof ik lieg
als ik zeg: het doet geen zeer
het is alleen maar je melk die ik begeer.