Tover

Waar hij ook gaat, hij staat
steeds in het midden van de ruit
van oost en west, van noord en zuid
zolang hij het bespiegelen maar laat:

Het is elf minuten over elf
Wat verlang ik naar mezelf
of anders naar de toverfee
die al mijn leed, het zat niet mee,
met haar toverstokje wegdee.

Oeps, wat zwaar is die last
Maar dan ben ik blij verrast

Als ik weer kijk naar voren
gaat het gewicht verloren

Fluit ik een andere melodie
Ik zie wel wat ik in de toekomst zie.

 
 
 

Hemeltergend (Von himmelhoch jauchzend, zum Tode betrübt)

Loop ik alleen met mijn hoofd
in de wolken, van mijn zinnen beroofd
weet ik niet wat te beginnen

Geraakt door de pijl van Cupido’s boog
Liever zat ik bij jou op oog-
hoogte aan de grond
en hoorde ik waar ik stond

Liever nam ik je met me mee
tot in de wolken met ons twee
Of anders alleen, als je er geen been
inziet, zing ik dan een ander lied.

 
 
 

Lot

Eigenlijk ken ik je nog helemaal niet
Maar ik zag je en was verkocht, subiet

Men zal wel zeggen: feromonen
Maar wat ik rook, ik zou het echt niet weten
het was jouw aanblik die mij deed vergeten,
die alleen kwam in mijn dromen.

(Had ik een lichte voorkeur voor kastanjebruin of zwart,
éénmaal gezien: je haar mag grijs zijn voor mijn part.)

 
 
 

Voor de bijl

Ging ik voor jou voor de bijl
Ga ik beter als een dweil onder zeil
dan met gefrustreerd gemoed
te blijven malen in eb en vloed.

Hoe ver ik ga, dat is de vraag
De zekerheid die ik verdraag
die zet ik nog even niet op het spel
Had ik geen angst, dan wist ik het wel.

De afloop raadt zich raden

 
 
 

In verval

Ooit een noest boerenbedrijf
Nu liggen de appels op de grond in december.
Geen landerijen meer, slechts kommervol
stuk verwaarloosd gras rondom
aan de stadsrand, bedrijventerreinen,
villa’s tonen: groei. Daar draait het om
Planken voor de ruiten.

 
 
 

Vergoten

Nee, ik geloof niet
in een god of in vergiet
waar de zonde wordt gefilterd
waar ze achterblijft als droesem
te groot om door de gaten
te spoelen, vruchten van de bloesem
ten behoeve van god
mag weten wat voor baten.

 
 
 

Pffffhh

Met de wind is niks mis,
zolang het de mijne maar niet is,
die ik al dan niet geluidloos laat waaien,
waarmee ik diverse geuren weet te zaaien,
de omstanders laat verlangen af te taaien.

 
 
 

Klasssieke rock

Als ik niet al mijn haar verloren had
zou ik headbangen in mijn flat
op de muziek van de jaren zestig, zeventig
of van Johann Sebastian Bach toch grif,
de grondlegger wat mij betreft van rock
Zijn klaviersolo’s overstijgen de beat van elke klok.

 
 
 

@organistatiecultuur

Neuh, ik leef niet in een derde-wereld-dictatuur
waar de minderheid, cq. de dictator en zijn kliek
bepaalt welke taal gebezigd wordt en plein publiek
Ook hier bepaalt de dwaze minderheid, zo zuur,
de toegestane woorden, onderhevig aan censuur
zich regelrecht voegend naar het gemeen bestuur.

Zich conformerend naar algemeen beleid,
zich aanpassend aan irrationele minderheid,
bang berispt te worden van hogerhand
zijn woorden als “vedomd” taboe hier in ’t land

Ook al staat het in een gedicht
verwacht men van de werknemers en masse
dat men zich laat meeslepen in de tas
waarin het bedrijf haar waren slijt
onder het mom van blijde eensgezindheid
zo op het allereerst’ gezicht

Uit angst om van discriminatie te worden beticht?

Het zegent

Het was niet zo stoer
ik op rolletjes door de regen voer
na een tropische dag nog zwoel
te fietsen met gelukzalig’ smoel

en die nattigheid mij niet deerde
in zomerkledij gestoken, ik ontbeerde
elke bescherming tegen het hemelwater,
plakte die tegen mijn lijf al niet veel later

Overbodig waren dit keer paraplu of regenpak
Met jou in gedachten ging ik op mijn gemak
van a naar b tussen de pijpestelen door,
was dit verfrissend als nooit tevoor.