Glij langzaam weg. De fadozangeres
blijft zingen, zingen en de noten
ritselend ontspringen aan de snaren
mijn oren bereiken, met gesloten ogen
ik het gevoel verlies
van links of rechts, mijn handen
hebben de warmte in hun vingers
houd ik het verlangen in mijn hart
in een moment van weemoed.