In de hof van Eden staat een kind
Het er geen mens meer vindt
De resten liggen neer in stof
Dwaalt door ’t industriĆ«le kerkhof
Waar geen kerk te vinden valt
god noch gebod roept halt
kabbelt de tijd rustig door
ook al vindt die nergens gehoor.
In de hof van Eden staat een kind
Het verdwijnt gezwind.